UJAZZ FEST | DEON

LE:EN, Utrecht
Zaterdag 1 februari, 2020
tekst: Robin Boer
beeld: Robin Boer (boven) / Ton van Leeuwen (onder)

Het jaarlijkse UJazz Fest is een lekker eigenwijs evenement waar de liefhebbers van geïmproviseerde muziek ruimschoots aan hun trekken komen. Dit jaar vond het festival voor de 9e keer plaats, en wel in De Helling, LE:EN en aanpalende horeca, altegaarde sfeervolle podia op loopafstand van elkaar op het urban cultuur terrein aan de Vaartsche Rijn te Utrecht. De locatie is een verademing, ten opzichte van het moderne lunapark waar het eind 2018 plaatsvond. De linksdraaiende omgeving achter de watertoren geeft het festival een aangenaam cachet en stuwt de optredende artiesten (waaronder Tineke Postma, Ilja Reijngoud, Jessica de Boer, Dion Nijland en Ben van den Dungen) op in de artistieke vaart der volkeren, juist zoals het hoort! ProgJazz was er bij.

DEON (Dion Nijland)

Een aangename verrassing wat we horen als muzikale uitkomst van het nieuwe kwintet bestaande uit louter Utrechtse klasbakken. In de fraai en handzaam vormgegeven programmafolder van het festival vinden we een quote van bassist en bandleider Dion Nijland: “De muziek mag knetteren, intiem zijn, schuren en ontroeren; zolang er maar op het scherpst van de snede gespeeld wordt.” Daarvan blijkt geen woord teveel gezegd.

In het uitermate sfeervolle LE:EN, met haar industriële en ongedwongen karakter, waar zowel grote loungebanken als stoeltjes zijn geplaatst voor ieder denkbaar type publiek, wordt geïnspireerd en bezield gemusiceerd. De blazerssectie bestaande uit Ad Colen (sax), Steven Kamperman (klarinet) en Ruben Drenth (trompet, en die we tevens zagen schitteren in de HKU Bigband eerder deze avond) aangevuld met slagwerker Mees Siderius (die we tijdens het concert van Jessica de Boer al konden zien schilderen ) liegt er niet om.

Niet heel ongebruikelijk in de (hedendaagse) jazz, maar wel in onze voorkeurshoek liggend, is het gebruik van niet-alledaagse maatsoorten afkomstig uit de Indiase traditie en van de Balkan. De stukken zijn uitdagend, divers en bevatten slim getimede thematiek, soms lekkere vrije soli en ritmische verrassingen. We komen ruimschoots aan ons trekken met expressieve uithalen van Kamperman en Drenth, geïllustreerd door Nijland en Colen en dienstbaar, dynamisch en bij vlagen spannend slagwerk van Siderius. Het is veel leeswerk voor de musici, wat soms wat inboet aan de spontaniteit, souplesse en intensiteit, maar het geeft des te meer aan waar de extra potentie ligt voor dit reeds rijpe collectief aan topmusici. Aanrader!


[PJ_©RB]