CD-RECENSIE
Phillip Dornbuschs Projektor
Reflex
JazzThing Next Generation Vol. 86 | Double Moon Records, 2021
"Verfrissend complex "
Tekst: Laurent Sprooten
Foto's: Jasper Graetsch, Dovile Sermokas
Het Duitse magazine JazzThing produceert samen met het label Double Moon onder de noemer Next Generation al jaren cd-producties van jonge jazztalenten die in Duitsland actief zijn. Niet altijd zijn het even meeslepende werkjes, maar af en toe komt er zeker iets moois voorbij. Een absolute voltreffer is Vol. 86 uit de serie, uitgebracht in januari 2021. Het is de debuut-cd ‘Reflex’ van de band Projektor, het geesteskind van de jonge saxofonist Phillip Dornbusch (26) uit Berlijn.
Verfrissend complex
Met dit kwintet, dat sinds 2019 bestaat, schept Dornbusch vanaf de eerste seconde een verfrissend complexe en fascinerende muzikale microkosmos. Het openingsstuk Boomtown vliegt er meteen op volle snelheid in met een gemeen geplukt basthema dat door piano, gitaar en tenorsax effectvol omspeeld wordt. De springerige begintune wordt in fraaie solo’s van gitaar en tenorsax verder gevarieerd en uitgesponnen, hetgeen een palet aan nieuwe kleuren oplevert, waarbij de gitaar een ruimtelijk en tegelijk licht nostalgisch klankbeeld neerzet, de saxofoon fel en droog de confrontatie met de ritmesectie aangaat.
In Unhinged Wolf ontspint zich vanuit een golvende, overstuurde gitaarsound een slepend thema waarvan het ritme vervolgens accelereert, waardoor in combinatie met de gedragen gitaarakkoorden een complete decorwisseling ontstaat. Het stuk mondt uit in een epische solo van pianiste Johanna Summer, zwaar op de huid gezeten door bassist Roger Kintopf en drummer Philip Dornbusch (geen familie van de leider) die in hun dadendrang bijna over elkaar heen buitelen.
Beeldend
Er zijn meer stukken waarin de decorwisselingen voor een beeldend, enigszins symfonisch effect zorgen. Het is volgens Dornbusch “geen bewust toegepaste componeermethode, maar misschien een gevolg van mijn denken in muzikale tegenstellingen. Als ik een mooie akkoordopeenvolging heb bedacht, wil ik daar graag een freaky melodie bij. En als er in sommige stukken behoorlijk vrij gespeeld wordt, moet de dramaturgie wel blijven kloppen. Dat probeer ik dan aan te sturen. Vrijheid moet de muziek dienen en heeft dus voorwaarden.”
Een goed voorbeeld van dit laatste is het stuk Hipster Frankie, dat vanuit een improvisatie tussen bas en tenorsax wordt opgebouwd en overgaat in een dwingende repetitieve ritmische figuur die het steigerwerk vormt voor solo’s en fraaie harmonische variaties. Steeds weer valt het ritme ook weer stil en wordt er collectief improviserend toegewerkt naar de repetitieve figuur. Ook in het stuk Projektor, waar de groep naar genoemd is, ligt de vrijheid van het abstract aandoende begin aan de leiband van het zoeken naar de juiste muzikale effecten. Anders dan in de meeste stukken ontbreekt juist in Projektor de in de onderliggende ritmes besloten groove, die de muziek van dit kwintet zo stimulerend en lichtvoetig maakt. Dornbusch opent hier met waaierende melodische patronen in het twaalftonensysteem de deur naar de moderne kamermuziek, wat de musici overigens geen enkele moeite schijnt te kosten.
Phillip Dornbuschs Projektor – Reflex
JazzThing Next Generation Vol. 86
Double Moon Records, 2021
High potentials
Sowieso maakt de haast telepathische ritmische communicatie duidelijk dat hier een groepje gelijkgestemde high potentials aan de slag is. Gitarist Johannes Mann en drummer Philipp Dornbusch zijn net als de bandleider opgeleid aan het Jazzinstitut Berlin, waar ze elkaar leerden kennen. Pianiste Johanna Summer en bassist Roger Kintopf ontmoette Dornbusch in Bujazzo, oftewel het Bundesjazzorchester, het nationale door de Duitse overheid ondersteunde jeugdjazzorkest. Met deze musici deelt Dornbusch de drive om complexe en veeleisende muziek niet moeilijk, maar ontspannen te laten klinken.
Phillip Dornbusch is een muzikant die zijn ogen niet gesloten houdt voor wat er zich in de wereld afspeelt, sterker nog, soms probeert hij zaken die hem politiek bezighouden in klanken om te zetten. Zo schreef hij het stuk Mourning naar aanleiding van de crisis rond het schip Sea Watch 3 dat met migranten aan boord niet mocht aanmeren in Italië enkele jaren geleden. Het is meteen een van de fraaiste stukken van het album: een bedachtzame melodie over een verende zevenkwartsmaat golft als een vermomde bossa nova voort totdat er na een sprankelende pianosolo in stilte een haven wordt bereikt.
Melodische inslag
Een musicus en componist om in de gaten te houden dus, deze Phillip Dornbusch. Kunnen we hem ergens plaatsen? De muziek doet door de vloeiende overgangen tussen improvisatie en hechte structuren soms denken aan het Amerikaanse Claudia Quintet van drummer John Hollenbeck, waarbij Dornbusch een meer melodische inslag heeft. Zijn melodieën hebben soms de kwaliteit dat ze dagenlang in je hoofd rondzingen. Als muzikale inspiratiebronnen noemt Dornbusch zelf in eerste instantie de Duitse saxofonist Niels Klein, die momenteel het Bujazzo leidt. Puur als saxofonist zegt hij beïnvloed te zijn door de New Yorkse nieuwlichters Chris Speed en Tony Malaby. Het kon slechter, deze referenties.
[PJ_©LS21]
Projektor
Phillip Dornbusch: saxofoons, klarinet
Johannes Mann: elektrische gitaar
Johanna Summer: piano
Roger Kintopf: contrabas
Philip Dornbusch: drums