Camel
TivoliVredenburg, Utrecht
Zaterdag, 9 juni 2018
tekst: Robin Boer
foto's: Tim van Veen, TivoliVredenbirg
TivoliVredenburg, Utrecht
Zaterdag, 9 juni 2018
tekst: Robin Boer
foto's: Tim van Veen, TivoliVredenbirg
Enkele dagen geleden hing dit concert nog aan een zijden draadje, aangezien Camel-boegbeeld Andrew Latimer, geplaagd door diverse gezondheidsproblemen, op het laatste moment het concert in ’t Paard van Troje (Den Haag) moest afzeggen. Hij voelde zich te slecht en wilde niet riskeren de tour niet af te kunnen maken door teveel van zijn lichaam te eisen.
Gelukkig, na twee dagen rust en behandeling, wist de gitarist/zanger zich weer te herpakken om de laatste drie shows van de tour alsnog te kunnen voltooien. Vanavond wachtte een stijf uitverkochte Grote Zaal van TivoliVredenburg (feitelijk het ‘oude’ Vredenburg dat inmiddels al enkele jaren een flinke toevoeging heeft gekregen door er een hypermodern kolos van een gebouw omheen te bouwen met daarin nog eens vier zalen) in spanning tot de vierkoppige band het podium betreedt.
De bezetting bestaat, naast Andy Latimer, uit oudgediende Colin Bass op basgitaar en backing vocals, Denis Clement, de Frans Canadees die ook al sinds 1999 achter de drumkit zit, en op keyboards, altsaxofoon en vocalen zijn wij getuige van de uit Nottinghamshire afkomstige Pete Jones. Vijftien maanden na zijn geboorte in 1980, verloor Jones zijn zicht als gevolg van een retinoblastoom. Vanaf jonge leeftijd speelde muziek een cruciale rol in zijn leven en hij nam veel improvisaties op met zijn cassetterecorder. Door de jaren heen heeft hij veel ervaring opgedaan in diverse formaties, waarbij hij zich een knap arsenaal aan verschillende muziekstijlen eigen heeft gemaakt. Vandaag de dag is Jones (binnen de prog-niche) met name bekend onder de naam ‘Tiger Moth Tales’, een project van Jones waarop hij muziek presenteert dat erg doet denken aan de periode van Genesis ten tijde van A Trick Of The Tail (1976). Bij een deel van het publiek zal bekend zijn dat deze Pete Jones flink wat in huis heeft, zowel vocaal als instrumentaal.
Iets na de klok van 20:00 stopt de (weinig originele) achtergrondmuziek en doven de lichten. De groep wordt onthaald met een luid applaus, gefluit en geschreeuw. Al binnen enkele minuten blijkt dit beslist niet overdreven. Vanavond staat de uit 1976 afkomstige (vierde) studio-elpee ‘Moonmadness’ centraal, een van de beroemdste en meeste geliefde werken van Camel. Het openingsstuk ‘Aristillus’ mag als een vreemde eend in de bijt worden beschouwd, vanwege een mengelmoes van diverse toetsenpartijen dat haast niet rechtstreeks te reproduceren is in een live-bezetting. Het is dan ook niet geheel onverwacht dat dit slechts twee minuten durende stuk als introductiemuziek wordt gebruikt terwijl de bandleden op komen en plaats nemen op hun territorium.
Nee, het concert begint pas echt bij ‘Song Within a Song’, dat waanzinnig strak wordt ingezet en direct de toon zet van wat een indrukwekkende en emotionele avond het voor de luisteraar zou worden. Allereerst de kwaliteit van het geluid (die geenszins gegarandeerd is in deze zaal, leert ervaring) dat vanaf de eerste seconde nagenoeg perfect in balans en op volume is. Alle instrumenten van het kwartet komen glashelder en gebalanceerd over en de professionaliteit van de uitvoering is direct merkbaar. De toetsenpartijen, oorspronkelijk ingespeeld door wijlen Peter Bardens, behouden hun originele klank en kleur door middel van de samples die Jones uit zijn twee keyboards haalt vanavond. Waar veel bands uit dit genre zich in de jaren tachtig en negentig schaamteloos bezondigden door gebruik van de (toen) nieuwste keyboards met nogal kitscherige klanken, waardoor menig liefhebber het ooit zo magistrale geluid van hun favoriete band nauwelijks nog terug herkenden, horen we hier (God zij dank) het prachtige, warme vintage geluid dat deze muziek behoort te bekleden. Het dwarsfluitspel van Latimer doet ondergetekende wederom beseffen wat een prachtige toevoeging dit instrument biedt aan rockmuziek en hoe jammer het is dat dit in nog maar weinig hedendaagse rock te horen is. Er klink op zichzelf weinig verschil door vergeleken met de originele studio-versies, maar het moge duidelijk zijn dat deze live-uitvoering wel degelijk iets extra’s met zich meebrengt in de vorm van bezield spel, een topgeluid en de ervaring en klasse die van een naam als Camel mag worden verwacht. Na het indrukwekkende instrumentale ‘Chord Change’, met een grandioze gitaarsolo van Latimer (waarvan er nog veel volgen deze avond) en het melancholische, door Peter Bardens geschreven nummer ‘Spirit of the Water’, zit kant A van de plaat er al weer op. De stukken van Kant B (‘Another Night’ en ‘Air Born’) worden eveneens beoordeeld met fanatiek gejuich, maar het absolute hoogtepunt (daar zal iedere Camel-fan het vanavond mee eens zijn) is het instrumentale ‘Lunar Sea’, een stuk dat duidelijk verwantschap laat horen met de jazzrock uit hetzelfde tijdperk, medio jaren zeventig. Na het duistere, kippenvel bezorgende intro op toetsen, zetten Bass en Clement de 5/8 sectie in, die enkele seconden losbarst met een wederom schitterende Latimer op gitaar. Clement zorgt gedurende de hele avond voor een robuuste en solide ritmische basis. Het is oneerlijk om te gaan vergelijken met Andy Ward, die onmiskenbaar de ultieme Camel-drummer is. Clement drumt alle muziek natuurgetrouw na, subtiel maar gedreven. Na deze bloedstollende uitvoering wordt er een uitgebreide rust- en drinkpauze genomen alvorens het tweede deel van het programma aanvangt.
Het tweede deel wordt geopend met het van de elpee ‘Rain Dances’ afkomstige complexe stuk ‘Uneven Song’ waarbij diverse maatwisselingen de revue passeren. Het veelzijdige ‘Hymn to her’ uit 1979, bestaande uit diverse melodische thema’s, wordt met verve uitgevoerd en gezongen door Pete Jones, die veel leadvocalen voor zijn rekening neemt vanavond. Colin Bass is nooit een topzanger geweest en van de stem van Latimer is niet heel erg veel over, ofschoon hij toch een prijzenswaardige vocale bijdrage leverde op diverse nummers. Een knappe prestatie, gezien de huidige status van zijn gezondheid. Het is bijzonder hoe de stem en zangwijze van Jones bijna angstaanjagend perfect past in het geluid van Camel. Op de een of andere manier heeft hij van iedere Camel-vocalist iets in zich. Jones heeft een superstrakke stembeheersing, beheerst laag en hoog en je zou haast denken dat er gebruik gemaakt wordt van een auto-tune, zo spatzuiver klinkt het. Deze duizendpoot is beslist de grote verrassing van de avond, en laat een behoorlijke indruk achter op de toeschouwer.
De set wordt voortgezet met een drietal stukken uit recentere tijden. Hoewel.. het album ‘Dust & Dreams’ dateert al weer uit 1991. Er worden drie stukken van dit album gespeeld vanavond (‘Rose of Sharon’, ‘Mother Road’ en ‘Hopeless Anger’) en deze emotioneel geladen stukken worden eveneens vol bezieling vertolkt. Na het vuurwerk van het in 1995 uitgebrachte ‘Harbour of Tears’ afkomstige stuk ‘Coming of Age’, ontdekken wij dat het nog een stapje verder kan: ‘Rajaz’ wordt, voorafgaand aan een hard werkende Latimer die twee coupletten uit zijn aangetaste stembanden perst (gevolgd door een uit respect gegeven applaus in de zaal), besloten met een spectaculaire en emotionele saxofoonsolo van Pete Jones. Binnen de gemeenschap van progressieve rock liefhebbers hoor je nog wel eens wat klachten over de aanwezigheid van saxofoon in de muziek. Dit heeft beslist te maken met het vertekende beeld dat zij van jazz hebben. Bovendien moet saxofoonspel in symfonische rock niet worden vergeleken met dat in de jazz. Naast het niveauverschil, bekleedt de saxofoon binnen de progrock met name een complementaire rol: het geeft de muziek, net zoals de dwarsfluit dat doet, een extra kleur en intensiteit die afwijkt van die van bijvoorbeeld een snaar- of toetseninstrument. De zaal staat werkelijk op zijn kop. Het is prachtig om te ervaren wat deze musicus vanavond allemaal levert. Het zeer melancholische en epische stuk ‘Ice’ uit 1979 (tevens een van de grote publieksfavorieten binnen het Camel-oevre), bevat eveneens prachtige soli op synthesizer en gitaar. Zoals enigszins verwacht, wordt de reguliere tweede set afgesloten met ‘Long Goodbyes’, een stuk waarvan de titel al boekdelen spreekt. “We will play our last song now”, plaagt Latimer, wetende dat het publiek vanzelfsprekend rekent op een epische toegift. “Well, maybe not..” grapt hij vervolgens.
Na een wederom oorverdovend lawaai keert de band nog een maal terug op het podium, om, hoe voorspelbaar ook, het de van ‘Mirage’ afkomstige ‘Lady Fantasy’ uit te voeren. De slot-riff wordt nog aangekleed door opnieuw een fanatiek blazende Jones. De fans smullen ervan en iedereen is het er over eens dat er, ondanks het feit dat er visueel niet veel meer extra's aan het concert wordt toegevoegd, behalve wat patroongerichte lichteffecten op de achtergrond, een topprestatie is geleverd. Natuurlijk kan er verondersteld worden dat het aantrekkelijk was geweest om de schitterende door Field ontworpen elpee-hoes van 'Moonmadness' op een groot doek af te beelden, maar dat is, gezien hetgeen geleverd is vanavond, gewoon ongepast.
Nieuw werk is vanavond niet ten gehore gebracht. Deze eer viel, om onduidelijke reden, alleen te beurt aan Japan en Istanbul, in de vorm van de stukken 'M. Dreams' en 'Dingley Bell'. Voor de liefhebber zijn deze stukken (in bootleg-kwaliteit) te vinden op het bekende online video-content-netwerk.
De fantastische muziek van Camel zegeviert en het zou zomaar kunnen dat Latimer, nu deze tour officieel tot een einde is gekomen, voor de laatste maal door zijn Nederlandse fans is uitgezwaaid. Latimer en zijn metgezellen gaven een diepe buiging, maar als iemand hier een diepe buiging verdient, is het Camel, voor ruim 45 jaar tijdloze muziek en een onvergetelijk top-optreden.
[©PJ_RB]