CD - SUN-MI HONG QUINTET
Second Page: A Self-Strewn Portrait
ZenneZ Records | Maart 2020
foto: Sun-Mi Hong PR
____________________________________________________________________
tekst: Robin Boer
____________________________________________________________________
Na pakweg drie jaar is er eindelijk het tweede studio-album van het Sun-Mi Hong Quintet, getiteld: Second Page: A Self-Strewn Portrait, verschenen op het toonaangevende label 'ZenneZ Records' dat ook al platen van Kika Sprangers en Mudita uitbracht. Al eerder deden wij verslag van enkele live-concerten van dit ongebruikelijke kwintet. Wij schrijven 'ongebruikelijk' omdat wij van mening zijn dat muzikale tradities door dit gezelschap vakkundig buiten de deur worden gehouden. Met Maurice Ravel (en in het bijzonder stukken als 'Jeux d'eau' en 'Pavane pour une infante défunte') als een van Sun-Mi haar grootste inspiratiebronnen kan je al verwachten dat de kans op het bewandelen van de geijkte paden vrij klein is. En dat horen we, naast de indrukwekkende concertreeksen van het afgelopen jaar, ook duidelijk terug op dit nieuwe album.
Enkele stukken herkennen wij nog uit het live-repertoire, zoals 'P Stands For Palace' en 'Thoughts To Be Spoken', de meest 'toegankelijke' stukken van de plaat, als wij dat zo mogen noemen, want abstractie en suggestie zijn sleutelwoorden naarmate we verder luisteren. De bezetting, bestaande uit drums/percussie, bas, tenorsax, trompet en piano mag voor jazzbegrippen dan vrij traditioneel zijn, maar de wijze waarop hier wordt 'geschilderd' is verre van traditioneel. Dat maakt de muziek spannend, suggestief en ongrijpbaar tegelijkertijd. Één luisterbeurt is verre van genoeg om dit niveau van diversiteit voldoende tot je door te laten dringen. Je wil het 'geheim' ontdekken met als positief gevolg dat je de cd keer op keer weer opzet.
Het kleurrijke openingsstuk 'Self Portrait', dat reeds te beluisteren is via de gangbare streamingdiensten, tilt de luisteraar in eerste instantie naar een melancholisch, vrij, geschetst intro, om vervolgens terecht te komen in een reeks beheerste pianoakkoorden, fraai ingebed in diverse maatverschuivingen. Een geschenk voor de luisterende musicus want het stuk is een aaneenschakeling van ritmische verrassingen, zonder dat het de meeste luisteraars zal opvallen, want Sun-Mi illustreert schuivend en slepend met kwasten, ons volledig in trans gevangen zettend, en de blazerssectie schildert loom en smaakvol met thematiek, terwijl trompettist Alistair Payne zijn instrument diverse kreten laat slaken op de achtergrond. Bloedstollend en wonderschoon.
'Chatter' is een drumsolo van net geen anderhalve minuut. Hoewel het woord 'drumsolo' een creatief fenomeen als Sun-Mi Hong tekort doet: het betreft wel degelijk een ritmische compositie, verder aangekleed met percussie voor extra diepte.
Een waar avontuur beleven we tijdens het luisteren naar 'Call it: Young-Woo.' Young-Woo Lee is de pianist in het kwintet en we horen een stukje jazz dat ons qua thema, sfeer en sound even doet denken aan het superieure kwintet van Miles Davis uit de tweede helft van de jaren zestig (Miles Smiles, Water Babies) maar al snel worden we verrast door een voortreffelijke pianosolo, waar ook de drums en contrabas (Alessandro Fongaro) de vrijheid pakken. Het stuk wordt vervolgd met een meer open passage en in de laatste minuut een sterk slotthema met flinke intervallen. Hulde voor de ongepolijste wijze waarop Payne en saxofonist Nicolò Ricci dit invullen.
De stukken ‘KASI: A Thorn’ en ‘KASI: Voice’ bevatten vocalen. Waar we in het eerste stuk meegesleept worden in hypnotiserende polyritmiek, worden we het tweede stuk deelgenoot van iets dat een soort van ritueel doet vermoeden, met vocale impro, gefluister, geschreeuw, gekreun en gegil door Song-Yi Jeon, vergezeld door bezielde percussie. Nadat deze storm is gaan liggen trakteert Young-Woo Lee bij aanvang van 'Dear Tomorrow' op zeer fraaie akkoorden. We luisteren naar de voordracht van een gedicht en de blazers voegen intussen fraaie harmonie toe.
De cd eindigt met een live-opname uit het Bimhuis, getiteld 'Bjork' dat is gecomponeerd door Alistair Payne. We moeten het echter niet beschouwen als een bonus-track; het sluit perfect aan op de rest van de plaat en vormt een absolute climax. Het hele kwintet vat hier in een kleine tien minuten samen waar het in uitblinkt: een buitengewoon eigenzinnige combinatie van compositie en improvisatie, duizelingwekkende soli en oorstrelende schilderingen.
De plaat klinkt als één verhaal, met een kop en een staart en dient derhalve ook als zodanig te worden ondergaan. Geen shuffle, geen losse nummers.
“It's another tomorrow out on the other side. At the end of the day, tomorrow, the moon I face will shine.”
Een kleurrijker zelfportret had Sun-Mi Hong ons niet kunnen geven.
[PJ_©RB]